Ik staar uit over de vijver voor mij. Geniet van de stilte en de rustig rondzwemmende zwanen. Ik zie een reiger op de top van een reusachtige boom als verstijfd uitzien over de wereld. De zon gaat langzaam onder en zorgt daardoor voor een atmosfeer die de rust in mij nog verder doet toenemen. Ik sluit de ogen en laat mijn gedachten gaan naar oorden waar mensen wegblijven.
Ik word opgeschrikt door gehijg van verre. Op enige afstand komen enkele personen aangerend. Ik schrik want het rennen van mensen doet bij mij het adrelineniveau stijgen. Gespannen wacht ik af en zie een paar zeer bezweten personen voorbijgaan. Voor ik maar kan vragen wat er gaande is zijn ze al gepasseerd. Waar gaan ze naar toe? Is er ergens een ramp gebeurd?
Toen mijn hartslag weer de realteit op de juiste waarde kon inschatten herinnerde ik mij dergelijke inspanningen uit mijn dienstplichtig militair verleden. We renden vaak bepakt en bezakt door bos en over hei op weg naar,,,,,,ja, dat was staatsgeheim. Ons werd toen niet meegedeeld waar we naar toe renden. Verplaatsten we ons in draf naar de vijand of was het een vluchtbeweging huiswaarts. Ik hoorde ook wel eens over een omtrekkende beweging. Maar dat waren geen rondjes om de rotonde.
Het is daarom dat ik bij die zwetende mensen wat opgewonden raak. Waarvoor vluchten ze of dient er eerste hulp geboden te worden. Ik hoor nog een hijger aankomen maar die stopt plots bij een boom. Als man begrijp ik direkt wat hij moet gaan doen. Tot mijn grote verbazing doet hij dat niet maar begint tegen en joekel van een boom te duwen. Wat een onzinnig karwei denk ik. Het stelde mij wel in de gelegenheid om de persoon eens aan te spreken.
"Mag ik vragen wat u aan het doen bent". Verstoord kijkt hij mij aan maar na waarneming van mijn oprechte goedmoedigheid antwoordt hij: "ik doe rek en strek oefeningen". "Goh, behoort u tot de minima, zeg ik, die niet het lidmaatschap van een turnvereninging kunnen betalen. Er zijn toch tegenwoordig gemeentelijke regelingen ter financiële ondersteuning op dat gebied."
Hij kijkt me nu verwonderd aan en zegt:" Ik behoor tot de groep mensen van boven modaal. Ik ben manager." Oei, denk ik dat moet dan toch geen domme jongen zijn. Ik pas mijn niveau aan dat van hem aan en vraag : "kunt u mij iets meer vertellen over deze methode, het niet omver kunnen duwen van een stevige boom." Hij begrijpt dat ik ook niet dom ben en wandelt mee naar mijn bankje. Daar zweet hij parels als citroenen, Kijk, zei hij. " Het tegen een boom duwen die niet meegeeft is als roeien tegen de stroom in. In de eerst plaats leer ik dan zweten opdat mijn bazen zien dat ik goed bezig ben en op de tweede plaats leer ik geduld aan omdat iedere poging van mij om het hoger management te veranderen geen zin heeft".
En vraag ik: "de jongelui die zojuist voorbijrenden, horen die bij u"? "U bedoelt die met die zweetbanden en de tekst: I AM A HORSE" ? "O, zeg ik, dat heb ik niet gezien maar ja nu u het zegt het was niet rennen maar draven Ja, zei hij die oefenen voor blind paard. Het middenkader in spé. Zij leren omgaan met luisteren, blindvaren op de baas en hun zweettollerantie wordt getest op voldoende slijm(geslijm). Vandaag hebben ze een speciale opdracht: bedenk gezamenlijk een motto voor een nieuwe afdelingsstrategie. Ik weet natuurlijk wel wat er uitkomt immers een van de lopers is een vriendje van me en die heb ik terdege geïnstrueerd. Kijk, dat heb ik weer geleerd in mijn loopsessies"
Hij staat op en zucht diep.."Dank u zegt hij,,,ik voelde me heel ontspannen bij u...."
Weer wat wijzer geworden kijk ik naar de reiger. Hij doet niets en geniet van alles wat onder hem gebeurt. Krabt even onder zijn rechter vleugel en gaat daarna door met star vooruitzien. Ja, daar moeten die hardlopers eens naar kijken.
Ik sluit mijn ogen en denk na over het gesprek. Dat mag echter niet lang duren want nu hoor ik een kreunend geluid naderen. Het duurt even voor het bij mij is. O, het is een oudere heer van mijn leeftijd. Ik roep:" hè opa, met welk doel strompelt u hier voorbij"? Verschrikt kijkt hij me aan. "Ik probeer de jeugd bij te houden die zojuist u voorbijgegaan is. Ik wil niet achteropraken".
Ik nodig hem uit om even te rusten naast mij op de bank. "Ziet u die reiger daar boven op de grote boom. Die zit daar al uren. Hij ziet al die hijgers als u voorbijgaan. Ik heb niet de indruk dat hij achteropraakt."
mijn veranderlijke gedachten/ stellen zelfs mijn kaleidoskoop/ voor een raadsel/ ben ik dan toch / die ik niet ben ?/
julius dreyfsandt 2003
U zult dit wel tien keer moeten lezen om de wezenlijke betekenis van deze quote te kunnen begrijpen. Ik ben nu al aan de elfde keer toe en moet toegeven, hier heb ik iets bovennatuurlijks geschreven. Immers een jaar later kan ik deze zelfdzame intellectuele beschrijving van mijzelf amper bevatten. Het kostte veel bezoeken aan mijn psychiater om de kern er van de begrijpen.
Op het eerste gezicht denkt u bij zichzelf, wat raaskalt hij daar. Ben ik dan toch die ik niet ben. BEN IK DAN TOCH DIE IK NIET BEN, Zo van: ik ben een appel, maar eigenlijk niet. Ik ben Julius, maar toch weer niet. Daarnaast vang ik aan met: mijn veranderlijke gedachten.... De chaos is compleet en aangezien ik ook nog ín een kaleidoskoop kijk wordt het spoor mij geheel bijster. U weet wat dat is, zo'n kijkertje dat iedere keer na het draaien ervan andere kleurijke figuren laat zien die in spiegeltjes worden weerkaatst. Het is niet meer in kaart te brengen, het overstijgt zelfs de chaos.
Mijn psychiater raakte er hondsdol van, hij kon deze gedachten niet duiden of verklaren, ook niet na toepassing van de regressietherapie en baarmoederreflectie. Een bredere aanpak bleek nodig te zijn. Hij consulteerde deskundigen op het gebied van To Be Or Not To be, Kaleidologie en deskundigen die het Cryptogrammen tot een professie hadden kunnen maken.. Zelfs de natuurwetenschappers , bekend met de chaostheorie en Einstein lieten hun licht er over schijnen.
Het bleek al snel dat sommige dingen niet te verklaren zijn en daarom werd er een pastoor en een paragnost benaderd. Het was een uitdaging van de eerste orde: wie had Julius deze woorden laten spreken.Men was het er over eens dat dit niet van mijzelf kon zijn, hier was het hogere in het geding.
Bijbelteksten vlogen over tafel, de tafels van Mozes braken op die tafel en men bedacht, zo kan het niet langer. Er werd een management team benoemd die het proces van studie en onderzoek zou gaan begeleiden. Deze stond onder aanvoering van de hoofdredacteur van de Telegraaf omdat hij bewezen had de grootste problemen eenvoudig te kunnen neerzetten en dat het voor iedereen begrijpelijk zou blijven, ook als het niet altijd helemaal de waarheid is. Maar dat laatste is een kleinigheid.
Intussen gingen mijn gesprekken met de psychiater gewoon door. Het ziekenfonds had toegestemd in de behandeling en dan Ga je ook door met behandelen. Bovendien zat er een doctorspromotie in als hij mij tot het einde zou kunnen begeleiden. Om een tipje van de sluier op te lichten zal ik aangeven dat naast het bovenstaand probleem er nog vele afwijkingen te melden waren. Zo leed ik aan: overschattingsdrang, dat houdt in dat ik de andere kunne( mijn schatjes) te hoog inschatte. Iets minder erg was de balneurose, weten dat je er twee hebt maar dat je er maar een voelt(of anders om) Van ernstige aard bleek de ziekte van Prospect te zijn. Dit is het dwangmatig verzamelen van prospectussen(geen prostaten) en folders en die voortdurend op elkaar te lijmen. De behandeling van dit laatste kostte heel veel tijd. Alles moest weer losgemaakt worden. Gelukkig hielp mijn psychiater mee!
Er zat schot in de zaak waarover de deskundigen zich hadden gebogen, u weet wel die nieuwe chaostheorie die ik kennelijk had ontdekt, althans die via mijn mond naar buiten was gekomen. Men was tot de conclusie gekomen dat als men jenever, cognac en zuiver bier in de juiste mate menkt en men drinkt dat te samen met een specifieke franse kaas(schimmel) en men doet dat een gehele dag, dat er dan een moment kan komen dat men de DWANG heeft om in de spiegel te kijken. (meestal op een toilet) Er ontvallen u dan de volgende woorden: Ha Julius,Metha, Lia enz. ben jij dat? Nee zeg je dan, dit kan ik NIET zijn.
Vandaag was ik weer eens te gast bij mijn psychiater. Als men aan een behandeling bij zo iemand begint is het de bedoeling dat men daar zijn hele leven mee door gaat. Genezing is nooit mogelijk maar een verdere groei van problemen zit er wel degelijk in. Hij wordt dus een beetje een tweede vaderfiguur die alles nog eens dunnetjes overdoet of nog wat meer frustaties toevoegt. Niet dat ik een slechte vader had, neen, bij mij was de reden hem op te zoeken dat ik aan het Glijbaansyndroom leed.
Dit syndroom uit zich in een stroef opstijgen van de glijbaan en het niet kunnen afglijden van diezelfde glijbaan. Het heeft lang geduurd eer deskundigen doorhadden dat ook volwassenen, zoals ik er een zou zijn, daarvan last van zouden kunnen hebben.
In feite is dit syndroom een vorm van angst, maar niet zomaar een, neen, een zogenaamde 'dubbelhandicap angst'. Het heeft er toegeleid dat ik bijvoorbeeld nooit promotie heb kunnen maken of maar een keer van een sneeuwpiste heb kunnen afdalen,..Ja, dat zijn zo de gevolgen van dit syndroom.. Laatst las ik in het Medisch Vakblad de Neuroot dat zelfs mensen sexuele problemen konden krijgen door dit syndroom. Dat verbaasde mij een beetje, daar er toch genoeg moderne en aantrekkelijke glijmiddelen in de handel zijn en soms zelfs vergoed worden door het ziekenfonds. Dus aan zuinigheid hoeft het niet te liggen.
Ook slipcursussen worden er bij veel rijscholen aangeboden, dus me dunkt, de markt heeft wel degelijk antwoord op een deel van die problemen die volgen uit het syndroom. Ja bij het opstijgen zijn er tegenwoordig ook middelen om het een en ander te realiseren. Pillen worden vaak aangeboden via internet, dus te koop lopen met zo'n probleem is niet echt nodig.
Maar ik dwaal af van de oorzaken van het syndroom alhoewel het nuttig is de gevolgen en de ernst daarvan toch even te benoemen. Goed,,mijn Glijbaansyndroom kent oorzaken. Eerst werd er gedacht aan een slechte darmwerking en dito stoelgang. Dr. De Blieker te Mijdrecht ontdekte een zeer belangrijke oorzaak, namelijk het neerstorten van de baby bij een bevalling indien de moeder in zithouding bevalt. Deze specialist vergat echter te verklaren waarom het opstijgen een onderdeel van het syndroom is.
Welnu, hier lag een belangrijke taak voor mij weggelegd. Wie jarenlang een psychiater bezoekt, heeft inmiddels genoeg ervaring in het bedenken en verklaren van verschijnselen.
Toch heb ik een gedegen laboratoriumonderzoek laten doen met muizen. Een muis in een bak met een glasplaat er boven en een stukje kaas op dat glas en een muis in een andere bak zonder glasplaat.
Na gedegen waarneming bleek dat de de muis met het stukje kaas telkens zijn kop stootte en het na verloop van tijd niet meer probeerde. De andere muis daarentegen sprong vrolijk op toen ik hem het stukje kaas aanbood..... Na deze analyse drong een traumatisch beeld mij op uit mijn verleden. Ik herinnerde mij dat ik op mijn donder kreeg in een schoolgang met van die uitstekende jasophanghaken. Als je een tik kreeg maakte je jezelf zo klein mogelijk, en telkens als je dacht, het is voorbij, ging mijn hoofd omhoog en stootte ik mijn hoofd tegen die klote haken.
Sindsdien ben ik nog maar een paar centimeter gegroeid. Het heeft mijn denken bepaald en ik ben daardoor ook een bescheiden mens gebleven. Laat staan dat ik nog ooit in was voor een promotie of een geweldige maatschappelijke taak.. Ik leerde mijn plaats kennen......Niet hoger dan het maaiveld van ophanghaken.
Zie hier dus het onstaan van het opstijgdeel van het Glijbaansyndroom.
In de praktijk blijken het dus vooral de klein gebleven mensen die onnodig lijden aan het korthouden in het verleden. Ik zou niet een goede onderzoeker zijn als ik ook niet gezocht zou hebben naar een behandeling.
Er bleek vroeger al een behandeling te bestaan waarbij paarden aan alle kanten door middel van touwen aan armen en benen de ledematen wat op wisten te rekken . Dat gaf echter te veel romp-slomp...en niet ieder werd er wijzer van. Bovendien werd het gevoel van een gering mens te zijn niet weggenomen.
De oplossing vond ik bij toeval...in plaats van een zetpil in te zetten tegen hoofdpijn gebruikte ik een viagrapil.......(verkeerd in doosje gedaan door apotheek....de Here prijze hem). En zie wat geschiedt, ik dijde uit ook op plaatsen waar de pil niet voor bedoeld was en nam in gewichtigheid toe. Ik groeide aan alle kanten.
Ik kan nu echt gaan skieën, de lift brengt mij omhoog en ik ben met mijn gewicht het eerste beneden...
Ik kijk naar u..u leest dit en probeert te ontdekken, Wordt dit iets of niets, lees ik door of raak ik al verveeld.
Het gaat over "U". Dus u bent er ineens helemaal bij. Wat gaat Dreyfsandt zeggen, hoe kan hij weten waar ik(u) dus mee bezig ben. Ik zal het u zeggen, u leest, en ga ik vertellen van wat ik van u vind. Er gaat door u hoofd, wat een onzin,,,hoe kan hij nu weten wie ik ben.
Nou dat is heel eenvoudig, U bent minder ingewikkeld dan u denkt. U bent minder interessant dan u hoopt. U bent in feite niet anders dan anderen. Wat een onzin denkt u en terecht, zo kijkt u naar uw zelf.
U doet al jaren uw best om wat te worden. Uw opvoeders deden hun best er iets van te maken en dan bent u iets. Maar laten we wel wezen, u bent niet zoveel als u denkt, Oké,,,,u ontleent uw waarde vooral aan het nut dat u voor anderen bent, in relaties, in werk, en misschien dichten enzovoorts.
Maar die anderen zijn ook minder dan ze denken; Uw eigen-beeld gaat nu wankelen. Immers die anderen hebben ook een beeld van zichzelf dat niet klopt. Ook zij blijken doorsnee mensen te zijn.
Moet ik die onzin nog verder lezen denkt u....Ja goede vraag. Wel u leest door, want ik heb u wel geraakt, ook al zegt u, wat een kwats. En het is ook kwats want wij mensen komen niet verder dan kwats. We leren nog zoveel, maar in feite weten we nog steeds zeer weinig.
Tot uw teleurstelling steek ik met kop en schouder boven de rest uit. Dus ook boven u. Ik hoor u al zuur lachen, wat een super ego heeft die vent en dat klopt ook.
U ziet ik ben niet anders dan u. Daarom ken ik u zo goed!!!
nimmer zag ik zo de maskers vallen in een klucht, ongeschreven, waar de ware mens niet voor zijn eigen bevalling vlucht
Dit is wel een heel vrije en oppervlakkige vertaling van Prof. Dr. Janus Hortus Botanicus te Praag. Deze tekst komt uit het Zuid-Goenureusisch; ik geef u hier de letterlijke tekst zodat we er later geen misverstanden over kunnen hebben.
U ziet als leek dadelijk al dat de heer Janus op de dag van de vertaling met andere dingen bezig was,
U begrijpt dat met deze tekst wordt bedoeld: "zet je pet af als je naar bed gaat": Kleed u volledig uit, ook uw dagelijks gezicht en kruip zonder pet terug in de moederschoot, het bed.
En dan krijgt deze tekst een heel andere betekenis.. Immers zonder pet krijgen de hersenen de kans om te luchten: Dit moet u dan in metha-vieziesche zin zien.
Droom weg en ervaar opnieuw het beschermende vruchtwater van de moederschoot. Daar er nergens anders was de zimbiose, één zijn met alles, nog een feit.
Wij verlangen ons hele leven naar de terugkeer in dit aardsparadijs: het vruchtwater van het verleden.
Toen de Schepper zei: er zij licht, was het met het geluk afgelopen en worstelend kwamen we ter wereld. Ik meen te moeten stellen, dat dit een slordigheidje van de Schepper was.
Hier blijkt weer dat we niet voor onze bevalling kunnen vluchten, we werden er toe veroordeeld. "Zonder pet in bed" is nu de leuze van de laatstse therapievorm.
Mocht u belangstelling hebben, u kunt zich bij mij aanmelden.
Het bewogen leven van Jozef, een roestige spijker te Schuur
Reeds lang vertoeft Jozef in het tehuis voor oude spijkers, Roest Rust te Schuur nabij Het Zagen-complex. Hij is daar flink in de vergetelheid geraakt. Hij wordt ook wel Jozef de Kromme genoemd daar hij na een misslag van een timmerman gekromd verder door het leven moest. Hij werd afgekeurd voor het grote werk en mocht alleen nog dienst doen als invaller voor lichte en niet diepe klussen.
En bij niet diepe klussen, die zowiezo gering van aantal zijn, raakt ook een spijker uit zijn doen en een verdere aftakeling was dan ook geen verrassing. Hij leed vervolgens aan de ziekte van de Versnelde Roest, een bij spijkers en ander ijzerwerk veel voorkomende kwaal en zoals u weet , zo gauw men besmet is, in dit geval door roest, helpen geen reïntegratieplannen meer.
Helaas verloor hij rond die tijd ook zijn liefhebbende echtgenote, Suzan de Schroef, die toch als kwiek bekend stond , aan de verdrinkingsdood in een oude cement-ton, waar zij ter plekke verstijfd in het cement achter bleef.
Nee, veel geluk heeft Jozef niet gekend, en slijt zijn dagen in Roest Rust.
Nou moet gezegd worden, dat Jozef door zijn houding een uitstekend biljarter is geworden. Weliswaar met twee ballen, maar allee, dat doet weinig terzake. Hij is een kei in het stoten,,,,Hij had dat onthouden uit zijn beroepsleven, hoe het stoten vooral niet moest gebeuren, Hij had er zijn handicap aan overgehouden met alle gevolgen van dien.
Hij was ook voorzitter van Roest Rust Biljart en kon door zijn houding dicht bij de mensen staan en was van nature erg begaan met lotgenoten. Hij was ook een voorbeeld voor startende duikers, hij had de perfecte houding voor een goede start Het werkelijk duiken is hem door artsen verboden daar het water het roesten drastisch zou bespoedigen.
Het bestuur van Schuur had op een dag besloten dat er bezuinigd moest worden en net als in de mensen wereld leidt dat tot opruimen. Er moest plaatsgemaakt worden voor nieuwbouw spijkers immers de jeugd heeft de toekomst.
De uitvaart van Jozef vond plaats op een zaterdagochtend omdat de millieustraat dan geopend is. Samen met oude planken uit Het Zagen-complex werd heel Roest Rust geruimd en op een aanhangwagen vervoerd naar de laatste plek...
Zoals bekend kennen weinig Nederlanders het Wilhelmus uit het hoofd. Begrijpelijk want wie kent die oude Wilhelmus nog en wie weet waar Nassau ligt. Ook de tekst is uit een grijs verleden. Geen hond snapt dat.
Dus ik de knuppel in het hoenderhok gegooid. Dat gaf me toch een lawaai. Een echte Nederlandse Polderoverleg Commissie moest uitkomst brengen.
Ome Arie uit de Jordaan, Karel Visser uit Feyenoord en Henri de Geul uit Maastricht waren bereid te polderen. Natuurlijk was ik de voorzitter immers er moesten ook knopen doorgehakt worden. En knopen gingen er over de tafel. Ieder bier schept zo zijn eigen knopen is mijn conclusie. Het polderwater kwam soms tot onbeheersbare hoogte. Voor de beslissende bijeenkomst te Maastricht was de conferentieruimte ook van buiten al opgehoogd met zandzakken.
Tijdens het stemmen over de uiteindelijke tekst waren de heren al in kennelijke staat. Ze wisten dat ze konden blijven slapen. Maastricht is nu eenmaal gastvrij. Het was voor mij dan ook niet zo moeilijk om mijn eigen tekst door te drukken. Het kostte wat borrels en bier maar daarna kon ik in alle rust het besluit nemen.
De Rijksvoorlichtingsdienst had names Hare Majesteit laten doorschemeren, dat de melodie onveranderd moest blijven. Dit om ouderen de kans te geven de oude tekst zachtjes mee te zingen. Het is dus een echt vollukslied geworden. geen getob meer met de geschiedenis, geen oude figuren meer over de vloer, kortom rechtstreeks uit de kroeg.
In het tv programma Het Volksleven van aanstaande zondag zal onder begeleiding van de Koninklijke Fanfare De Polderschuiten uit Waterswoude het Gereformeerd Gemengdkoor Jubilate Gladiolus uit Slaphorst het lied aan het volk presenteren
Ik wijs u er nogmaals op dat de melodie onveranderd is gebleven en dat de tekst als volgt luidt:
titel: Me Soethout As Geweer
so soet as unnu droppie un lollie uit du bus be jij mu fainu moppie ik gif j,un dikku kus gin meit gif mir die andag so klef en kir op kir wie hat ta mogu dromu me soethout als gewir
wa fain so desu romansu geluk mun innug dil ju ben un bruit me kansu je ben mu ech tu veul un lefelang veul keinder en bijslag in mun sak ju borsten sijn mu pilare mu daguluks gubak
Ik wandel door het pittoreske Heusden, een stadje met statige huizen en romantische straatjes. Een schitterend haventje met ophaalbrug en wat heel speciaal is. Heusden is omringd door stervormige stadswallen en heeft enkele grootse stadspoorten
Het was een druilige avond en de straatlampen gaven door de regen een mistig licht. Ik kan u zeggen dat deze atmosfeer het dichtst bij mijn normale gemoed ligt. U denkt dan direct aan somberte en zo, maar dat is het absoluut niet. Deze sfeer is er een van geweldige romantische, poëtische en filosofische aard. Slenteren langs historie in de regen is een wonderlijke waarneming, net als met storm over een strand lopen. Ik loop over de kinderkopjes van de belangrijkste straat en zie vanuit de huizen het licht op menig tafel schijnen De televisies die aanstaan wil ik gewoon in dit kader niet zien, en neem ze waar als flikkerende schemerlampen.
Bij de haven aangekomen ga ik daar het café Havenzicht binnen,,,,ja een originele naam..en zet mij neer bij het raam om goed naar buiten te kijken en de schimmen van bootjes en de weinige mensen die passeren te kunnen zien. Ik was vanavond alleen in het café en bestelde mijn zo geliefde cappuccino. Dat doe ik vooral vanwege de chocolade dat er op zit.
De ober, een gezet man, zat aan een ander tafeltje een krant te lezen. Hij was niet uit op aanspraak en ik al helemaal niet. Hier en in stilte turen naar het regen mistige buiten, het donkere haventje en de wieken van een molen, verschaffen mij gouden momenten. De stilte werd enigszins bescheiden opgevuld met een muziekje op de achtergrond: Nederlandstalige smartlappen. Ik ben daar een liefhebber van. Het geeft sfeer en naar de tekst hoef ik niet te luisteren.
Op deze plek verzink ik vaak in gedachten en denk na, of wel ik laat gedachten opkomen. Ik steek mijn pijp op, dat helpt. Ik richt mijn gedachten op de kop van de pijp tijdens het aansteken en de vlam die dan ontstaat geeft een knus openhaardgevoel. Bovendien ben ik direct geconcentreerd en wacht af welke gedachten uit de rook komen of in rook opgaan.
Ik vraag me af of u, die dit leest, met mij mee geniet. In gedachten zit u tegenover mij en zegt, net als ik, niets. U bent prettig gezelschap, we glimlachen naar elkaar, we begrijpen immers elkaar. Zwijgend wisselen we blikken, soms veelzeggend soms zonder inhoud, maar meestal dus met een warme glimlach.
Het is goed toeven hier. De Zangeres zonder Naam zingt over het oude kerkhof en onmiddellijk denk ik aan het oude verwaarloosde joodse kerkhof bij ons in de buurt. Niemand komt daar nog. Het onkruid groeit daar welig. Een plek waar de eeuwigheid ook is ommuurd.
Een aantal jaren geleden vroeg ik me af of ik niet beheerder kon zijn van die rustplaatsen. Ik vond het een prachtig idee, maar na bezinning, moest ik vaststellen, dat ik de ommuurde eeuwige rust met rust moest laten. Jammer, maar de Schepper wilde het zo. Ik had niet de noodzakelijke papieren. Het heeft me wel een stukje weemoed in mijn leven gegeven. Dat vult nog steeds mijn hart.
Ik rekende mijn koffie af, in stilte nam ik van u afscheid en slenterde naar mijn auto die op de parkeerplaats buiten de vesting stond te wachten.
wat ik word, ik hou het kort; mijn ster zal stijgen, onaantastbaar aan de top ik zie uit over jullie allen genietend van al die sterren die mij zijn voorgegaan in het vallen
U ziet het al...ik probeer het hoogste te bereiken.
Het stimuleert mij enorm te weten, dat u mij na mijn sterven niet bent vergeten.
Het is nog niet zover! Het is wel zo dat men ook lang gezocht heeft voordat men Vondel vond....Hij was een vondeling, schrijft voor mij nog steeds onduidelijk, maar hij IS gevonden en een ster bevonden. Hij is een gevallen ster, is dus weer terug op aarde.
U dacht natuurlijk bij een vallende ster aan een persoon die hoog opstijgt en dan onderuit gaat. Dat is een natuurlijk voor de hand liggend, immers de meesten verdwijnen voorgoed in de hollandse mest,,,,,,,,te veel koeien, varkens en dichters.
Zelfs mijn buurman zit op het dichterspad. Ok hij is lang onderweg(pieterspad) maar alee, hij doet het. Hij schrijft over die ellendige brandnetels, ja dat verkoopt niet.
Mijn vader zaliger zei nog: Julius als jij wilt dichten, moet je groots werk verrichten. En ik heb het groots aangepakt. Ik kocht de duurste vulpen, zocht een kamer onder het oog van Simon Vinkenoog, ja die. Sloeg veel drank en shag in. Slaap kende ik niet en putte mij uit tot dichten,,,,,,,,,,Ik was een vaste grootaannemer van de Hema , die hebben geweldige kladblokken. Jaren heb ik geploeterd en vellen volgeschreven met, al zeg ik het zelf, groots werk.
Toen ben ik, en dat hoort zo, een zeer lange tijd ondergdoken in Parijs. Dat hoort ook zo, werd clochard. En leefde van de gulle langskomende Hollanders, Dat was afzien, die Hollanders , die kwamen met oude munten aanzetten met Juliaantje er nog op. Nou dat schiet niet op in het eurotijdperk.
Het was dus wachten tot men mij vond, de echte kenners en mij redden uit het sterfelijk bestaan. Helaas werd ik ontvoerd door de Franse vreemdelingendienst. Die zette mij het land uit.
Ik ben ik maar postbode geworden. En ik kan je zeggen, ik heb nog nooit zoveel tekst rondgebracht en weet dat als ik langs kom, men naar de brievenbus sprint. Ach heerlijk werk, dankbaar ook, je weet, men wacht op je.....
En als ik dan in de hemel ben, dan zegt men nog,,,,,go,,,,,weet je nog van die oude Julius: hij had altijd wel wat te brengen.
U ziet.....dat u mij na mijn dood niet zult vergeten!!!
In deze turbulente wereld valt het niet mee een lijn te ontdekken in de ontwikkeling van mens, dier en natuur. Behalve dan dat er meer mensen verschijnen en dat er minder natuur te bewonderen valt. Gelukkig heb ik nog een voor- en achtertuin. Ik heb wat kippen en een konijn. Eigenlijk heb ik er de pest aan de tuin te onderhouden, maar dat terzijde, het gaat om het"grote". Een kip snakt naar adem, zij zal overmorgen niet halen, maar ook dat terzijde.
Overigens, het is ons derde konijn.....in anderhalf jaar. De voorlaatste hadden we net een week. Het was een dondersteen, was niet te vangen en at verkeerde zaken uit de tuin. Zij kende nog niet het noodzakelijk onderscheidingsvermogen op het gebied van voeding en stierf aan te veel eten.....zij rust naast konijn nummer een. We hebben een grote vaas neergezet op de graven.....dit om de hond niet daar te laten graven.....staat wat slordig.
Wist u dat kippen de hele dag werken. Woelen twintig keer de zelfde centimeter om, om vervolgens niets te vinden. Nu schijnt dat in de natuur te zitten van de kippen en er is ook geen haan die hen stoort. Bovendien leggen ze er niet minder eieren door.
Scharrelkippen hebben geen notie van die turbulente wereld, ze doen al eeuwen hetzelfde, vragen zich niets af en gaan gewoon door tot ze er bij neervallen. Ik hoorde laatst dat de huidige werknemers ook moeten doorwerken tot ze er bij neervallen. Kippengedrag dus...doorgaan totdat je total loss bent. Het getuigt van korte-termijn-visie. Hoe langer we werken hoe ongezonder we worden.... Dat is goed voor de concurrentie en het bespaart veel geld.
Tegenwoordig ga ik in het hok met de kippen op stok. Ik hoor ze aan hoe ze de avond en nacht doorbrengen. Ik kan u zeggen dat dit zeer rustgevend is. Ze houden hun kakels dicht en snurken niet. Geen gezeur over het journaal, geen verhalen over ongeneeslijke ziektes. Men aanvaardt zoals het is...geen tok teveel.
De stilte van de tuin gaf mij aanvankelijk een diep eenzaam gevoel. Ja ik was niet gewend om in een gezelschap mijn mond te houden. Ik probeerde wel een gesprek aan te knopen met Truus, de oude kip. maar die zei "tok", ja en dan ben je snel uitgepraat. Ik was iemand die raaskalde als een kip zonder kop, dat is nu wel anders geworden.
Ik ben het leven veel eenvoudiger gaan zien. Ik zie de wereld nu door kippenogen. In de ochtend komt er iemand uit het huis, rammelt wat met ons voedsel, alsof wij doof zijn. Maar omdat ik honger heb ren ik met anderen naar het gaas en zie hoe ons voedsel wordt uitgestrooid over de ren. Waar dat nu voor nodig is weet ik niet.....vroeger deden wij dat aan tafel toch ook niet. We krijgen ieder dag vers water, dat wel, we drinken en wassen ons er mee.....Ik kan me nog de tijd herinneren dat we ook met ze allen in een teil met water gewassen werden.
In dit tehuis voor kippen was er geen aangepast activiteitenprogramma; dat hoeft ook niet, want we ploegen de hele dag. Af een toe zondert iemand zich af en legt een ei. Men ervaart dat hier als iets geweldigs. Na afloop hoor je dan een grote brul, in dit geval een uitbundig gekakel.
Ik kom steeds meer tot rust. Kranten en journaal zie ik niet meer. Af en toe komen er nog wel wat kleine kinderen bij het gaas en proberen dan te tokken.
Ach , konden ze maar blijven tokken. Wat zou alles dan overzichtelijk zijn.
Sinds lange tijd was ik weer eens uitgenodigd op een bruiloft.
De wettelijke huwelijksvoltrekking vond plaats in een boerenschuur in een volstrekt onbelangrijk dorp, maar dat is van ondergeschikt belang.
Volgens lokaal gebruik was een ieder in zijn of haar zondagse kleren. Velen hadden de beurs flink opengetrokken om maar goed voor de dag te komen. Een enkele mevrouw had zelfs een combinatie met lederen borstwering.
Nou heb ik daar op zich geen problemen mee maar ja, het leidde bij mij wel tot frivole gedachten. Die mevrouw zelf was zeer ingenomen met deze creatie en dat mag ook wel. Het dragen van mode uit de grote stad verdient op zich al een compliment.
Maar goed, ieder toog de schuur in en werd geplaatst op banken, die zoals na afloop terzijde werd vemeld, gevuld waren met stro of zo iets. En dat was dus de verklaring dat er een broeierige sfeer hing. Mijn buurman wilde zijn schoenen uittrekken maar werd op het juiste moment daar nog van weerhouden. En terecht, immers een broeierige sfeer is al snel gevuld met luchtjes.
Tot mijn stomme verbazing was er een combo, of ja hoe heet zo iets tegenwoordig, dat al snel sfeer probeerde te scheppen. Ja, je weet hoe dat gaat, stimulerende middelen in de teksten opdat het iedereen maar duidelijk zou zijn, dat het om liefde ging in deze zaal en dat het bruidsbaar nog meer geneigd was elkander het jawoord te geven.
Nu moet gezegd dat de liederen in de Engelse taal gezongen werden. Dit geeft al aan dat het niveau van de aanwezigen niet van doorsnee aard was. Neen, hier waren vooraanstaande dorpelingen bijeen. Aan het snottergehalte kon ik afmeten dat alles goed begrepen werd. Dat is wel gewenst, want we weten nog wel uit onze roomse kerk dat we Latijn zongen en eigenlijk niet wisten waar het over ging.
De ambtenaar van de burgelijkestand, ook van stand, aan haar uitspraak van het Nederlands te horen, legde een enkeling uit, die wat engels doof was, wat de titel van de liedjes waren.. Zodoende wist ík in ieder geval waar het ongeveer over ging. De ambtenaar bleek een vrouw te zijn, prachtig in toga. Haar hulp, in vaktermen bode genoemd, liep iets minder formeel rond. Zij droeg een brede glimlach en iets wat op een korte broek leek. Dat gaf enige afleiding.
Het mooiste moment voor direct betrokkenen was natuurlijk het jawoord. Daaraan vooraf natuurlijk alle plichtplegingen van de hoofdambtenaar. U kent dat wel... Maar voor mij was het meest indrukwekkende dat de vader van de bruidegom met zijn dochter binnen kwam en zichtbaar ontroerd zijn dochter uitgeleide deed naar haar toekomstige man. Ik zou dat ook zijn...
Toch dient wel een kanttekening geplaatst te worden bij dat wegschenken van een dochter. Automatisch schiet mij als Hollander te binnen: hoeveel koeien en varkens staan hier tegen over, of in het geval van deze bruidegom, die bakker bleek te zijn, hoeveel koek, gebak en broodjes vinden hun weg de komende jaren naar de ouders van de bruid. (en de rest van de familie...ik ken ze...)
Het moeten zware onderhandelingen geweest zijn want het gebeurde ergens in het Zeeuwse land. U snapt al dat uitleg niet nodig is.
Maar ook leefde het paar al enige tijd samen, dus geheel blanco zal de bruid niet het huwelijk ingaan. Daalt dan ook de marktwaarde...ja, ik blijf Hollander... Een wegschenkende vader kan ook denken, nou dat was het dan, rust in de tent en nu wachten op een nazaat.
Kijk en dat is afwachten...dat is een gok voor de vader van de bruid. Heeft deze bakker genoeg granen van kwaliteit in huis (of elders) om het geslacht voort te zetten. Aan de aantrekkingskracht van de bruid zal het niet liggen...........
Terloops werd ergens nog geroepen: je hebt er een schoonzoon bij, maar dat vind ik zelf een doekje voor het bloeden. Niets verkeerds over die jongen hoor, prachtig pak, knap en voortvarend, maar het blijft afwachten of hij het bloed weet te stelpen.
Het voorlezen van de akte en het wederzijds ja-woord was binnen 5 minuten bekeken. Ook voor een ambtenaar is dat tempo haalbaar. Ik moet u wel melden dat de hele ceremonie veel langer duurde dan die 5 minuten. U kunt zelf wel invullen wat er zo al gebeurde. Levenslopen, eerste momenten van openbare verliefdheden en wat geklungel door de bode, die vergat het bruidspaar te laten tekenen. U begrijpt dat kost geld...Voor een aktie van 5 minuten werd, leek het mij, wel een uur uitgetrokken. Ik begreep ineens waarom de tarieven voor de onroerendzaakbelasting de laatste jaren zo gestegen zijn.
Maar het bijzondere aan deze echtvereniging was dat de ambtenaar aan het slot de aanwezigen meedeelde: dit is het einde van het huwelijk. Nu ben ik wel veel gewend maar deze snelheid van handelen door deze ambtenaar zette iedereen wel voor het blok. Rumoer in de zaal, wat is dit, werd er geroepen.
Naar alle waarschijnlijkheid was deze ambtenaar op herscholing geweest en had zij geleerd wat kordater op te treden. Alle begrip daarvoor. Alleen, hoe zit dit nu juridisch in elkaar. Hoe waardeert men de ingebrachte goederen in dit huwelijk. Wie betaalt wie allimentatie. Kan het feest nu wel of niet doorgaan, immers daarvoor waren wij hier allen tesamen gekomen.
Ik heb de afdeling voorlichting van die gemeente nog gebeld later. Na veel doorschakelen kreeg ik de burgervader zelf en die zei op zachte toon: ja, ik heb er van vernomen. Hier moest sprake zijn van een freudiaanse verspreking: de ambtenaar van de burgelijke stand lag zelf in echtscheiding, zoals dat heet, dus kennelijk wilde ze wat haast in procedures.
Ik moet u nog wel vertellen dat betrokken ambtenaar zichzelf na luid protest corrigeerde met de woorden: dit is het einde van de huwelijkssluiting. Verdomd dacht ik, weer die sluiting. Maar dat was onterechte ongerustheid. Dit bleek een juiste formulering te zijn voor het beëindigen van de ceremonie.
Met het heengaan van Karl, mijn vader, verliezen wij een voorbeeld voor ons allen. Hij was een zoon van de reeds te vroeg gestorven Julius Amadeus en Jeannette, geboren Trörwillg. Geheel volgens zijn laatste wens wilde hij in stilte begraven worden. Wij waren er dus niet bij. Bij de ingang van de begraafplaats namen we afscheid van onze Karrie. Hij wilde de laatste meters alleen afleggen. Zijn motto tot het einde bleef : Ik ga voor, ver voor. Dat hield dus in de we niet verder konden meetreuren dan tot het hekwerk van de ingang.
Karl was een onbescheiden man, een man die zich graag liet horen en zien Als vader hebben wij hem weinig kunnen zien daar hij altijd voorop moest lopen Of het nu de Fanfare betrof, hij liep met het vaandel, of bij een zegenrijke processie door het dorp. Vader trok voorbij, maar wel in de voorste gelederen.
Dit vooruitstrevend gedrag was een oude familie trek. In betere tijden behoorde onze familie tot de aristocratie rond de hertog van Schweinfurst. Toen al liepen de Schlammetjes voorop.
Tegenwoordig gebruikt men de term Hielenlikker. Een verbasterd woord voor Heil-Ikke.
Mijn vader was dus een man die voorbij trok. Hij keek ons nimmer aan in het voorbijgaan. Hij nam zijn taak zeer serieus. Met strak gezicht en dito pas liep hij voor de stoet uit. Zie mij, moet hij aldoor gedacht hebben.
Dat voorop lopen voerde hij dan ook tot in den treuren door. Wij vragen ons nog af hoe hij zoveel nazaten heeft kunnen voortbrengen. Ja in aantal liep hij voorop, aangemoedigd door onze moeder de heilige kerk. Maar ik hoorde mijn moeder Charlotte de Pieckere nog al eens klagen: "Karl komt altijd te vroeg klaar." Op dit gebied blijven wij met grote vragen zitten. Vader sprak daar niet over.
Dus het voorop lopen kende ook zijn nadelen. Men is ook als eerste thuis. Dat schept onrust voor iemand die er toch als eerste bij wil zijn. Zich wil laten zien. Tegen woordig heet dat profileren ofwel voor de file uitlopen.
Vader had geen beroep geleerd, dat hoefde vroeger niet. Men werd geleerd de tijd door te komen. Nu kwam hij die tijd wel door. Hij verliet al vroeg in de morgen het huis. Zijn vrouw Charlotte de Pieckere deed haar naam eer aan.
Vader had net als zijn vader een vrouw uitgekozen die, behoudens ruimte voor voortplanting, weinig ruimte schiep tot verder vreugde. Jeannete, geboren Trörwilgg was in het dagelijksleven zwaar op de hand. Niet alleen qua gewicht maar ook haar gezicht straalde de ganse dag het beeld van een stervende zwaan uit.
Vader was een verwoed verzamelaar. Zijn belangrijkste liefde op dat gebied waren de Sachets de Sucre, in die tijd nog een bijzonderheid. Nu zeggen we gewoon suikerzakjes. Als hij tegen de avond huiswaarts keerde stond hij stijf van de stress door het overmatig gebruik van cafeïne.
Dat was de tweede reden waarom Wij maar uit zijn buurt bleven. Wellicht is dit een antwoord op de vragen die wij hadden over het geslachtsleven van vader.
Vader had geen vrienden. Hij zei altijd "Ik heb geen behoefte aan meelopers" Hij wilde voorop lopen....
Gelukkig heeft hij nog een tijd mogen vertoeven in verzorgingshuis de Laatste Hoop of zoals hij altijd zelf zei "ik woon op de De La Hoo" Dat klonk wat deftiger. Ja wat er in zit, krijgt men er niet zomaar uit....
Namens de familie dank ik dan ook het personeel. Men moet vaak tot de H.Geduldius gebeden hebben.
de zin van het bestaan is het bestaan van de zin als de zin niet bestond was het bestaan zin-loos aangezien velen de zinloosheid als zodanig menen te ervaren heeft zinloosheid dus zin men heeft naar de zin gezocht ook al heeft men dat niet gevonden men heeft er naar gezocht en zoeken naar iets heeft altijd zin immers het voldoet aan een behoefte
Jean Chaques de Misère (1882-1920)
Als amateur-filosoof onderschrijf ik deze omschrijving van harte. Hier blijkt dus dat een tegenstelling slechts ogenschijnlijk kan zijn. Nadat Jean Chaques tot dit inzicht was gekomen hing hij zichzelf op. Hij had bereikt wat hij wilde bereiken. Hier scheiden onze wegen zich. Hij ging een lus te ver.
Ik las deze conclusie van J.C. tien jaar geleden. Het was opgenomen in het Filosofisch Tijdschrift voor de Liefhebber "L' Am Ateur Vivant". Ik kocht toendertijd een vergeeld boekje op een rommelmarkt en las zijn wijze bevinding. Ik voel op een rommelmarkt altijd een sterke fibratie, raak gejaagd omdat ik snel wil weten welke rommel er in de aanbieding is. Kennelijk geeft rommel zin. Velen vinden rommel verzamelen zinloos. U ziet, ook hier gaan zin en zinloosheid kennelijk samen.
Zoals bekend zoeken de meeste filosofen naar "De Zin" of naar de zin van iets. Ze maken er vaak ook nog hun beroep van en brengen het zoeken naar die zin dan ook nog aan de man: collegezalen vol met studenten, schrijven boeken vol en verdienen er aan. Ik ben sinds mijn kennismaking met J.C. een andere weg ingeslagen. Ik richt mij niet meer op de zin maar op de zinloosheid van het bestaan. Deze zinloosheid wordt vaak onderbelicht. Immers men zoekt naar de zin en komt vaak tot de conclusie dat het bestaan zinloos is of men vindt de zin niet. Punt uit.
Het viel niet mee fondsen te werven om een uitgebreid onderzoek te doen naar zinloosheid. Geen bank zag daar brood in. Ook van rijkswege bestond er geen belangstelling voor zoiets als zinloosheid. Het behoort niet tot onze westerse cultuur om negatief gedachtengoed rond zinloosheid te zien als bijdrage tot ontwikkeling. Het werd dus weer liefdewerk oud papier.
Ik kwam er na veel studie achter dat zinloosheid niet als zinloos-heid gezien moet worden maar als zin-loosheid. U zult zeggen, wat maakt dat nu uit. Nu, het maakt een verschil uit tussen leven en dood. Als J.C. geweten had van dit onderscheid, had hij nooit en te nimmer de strop gezocht.
"Loosheid" zegt onze Van Dale is "sluwheid, slimheid." U voelt al dat de beroemde filosofen al in eeuwen niet begrepen hebben dat het juist de zin-loosheid is dat de mens vooruit kan helpen.
Het was voor mij ook een verademing moet ik eerlijk bekennen. Opgelucht. Ik had het antwoord gevonden op de zo betreurde zinloosheid die velen moeten ondergaan. Men dient het woord anders te begrijpen. Anders begrijpen leidt tot anders denken en zo waar daar ligt het antwoord. Vervang zinloosheid door zinsluwheid en zinslimheid.
Me dunkt dat het bestuderen van deze activiteiten tot meer rendement leidt dan het voortdurend zoeken naar de zin van iets. Het is doelgericht. Studenten worden geprikkeld deze vaardigheden te ontdekken en toe te passen.
Als ons land snel deze wetenswaardigheid weet toe te passen kunnen we weer een rol van betekenis spelen in de wereld op economisch en wetenschappelijk terrein.
In zijn jeugd droomt men over wat men later worden wil. Althans dat wordt beweerd. Ik droomde over andere dingen, over postzegels geloof ik. Ja, dat is wat anders dan brandweerman worden of piloot willen worden. Piloot was wel duidelijk. Ik was geen hoogvlieger op school. Bovendien klein van stuk. Dus aan het bestrijden van hete vuren zou ik zeker ook niet toekomen.
Zoals velen nu nog hebben is het probleem de keuze die men moet of kan maken. Ik was ook nog een kleurloos figuur met een onmogelijk brilletje dus u voelt de bui al hangen. Een lange weg van twijfel lag voor mij open.
Maar plots ging het licht schijnen. Ja, etaleur dat was het. Iets creatiefs bleek diep in mij te zitten. Toen begon het dromen over mijn toekomst pas echt. Etaleur... een prachtig en interessant woord. Voor degenen die niet weten wat het is: het heeft niets met de Eta te maken. Die etaleren wel maar passen de principes onjuist toe. Ergens heeft het wel met leuren te maken maar in het algemeen wordt dat wat negatief voorgeschilderd. Nee, etaleren is het creatief uitstallen van verkoopartikelen in etalages en wel zodanig dat men de getoonde waar ook koopt. Enige kennis van dieptepsychologie is wel gewenst. Je mag het ook beduvelen noemen. Kijk maar in etalages met damesmode. Niet één vrouw voldoet in werkelijkheid aan de maat tenzij men aan anorexia lijdt. Men moet dus eningszins gewetenloos zijn.
De etaleurs lopen als kunstenaars rond in de etalage. Meestal lopen ze op sloffen. Ja, ze zijn heel omzichtig bezig met het materiaal.
Tijdens de opleiding tot etaleur wordt men geacht stage te lopen in de etalage. Ik mocht op eigen verzoek een dag als etalagepop spelen. Het had wel wat voeten in aarde daar er heel wat aan mij opgekalefaterd moest worden eer ik voor het publiek toonbaar kon zijn. Ik moest wel genoegen nemen met een plaats achterin de etalage. Alles was uit de kast gehaald om mij er sportief uit te doen zien. Zodoende verscheen ik na koffietijd pas achter het raam.
Nou, ik heb de Nederlander voorbij zie komen. Dat heeft natuurlijk wel iets..een soort koninginne-gevoel. Of commandant van een legeronderdeel.
Als u de Nederlander wilt leren kennen is een dagje etaleuren een uitkomst. Ik vertel u niets nieuws als ik zeg dat men meestal niet in de etalage kijkt. Men kijkt merendeels naar zichzelf om te zien of het haar goed zit. De spiegeling van het raam is dus van vitaal belang. Men etaleert zichzelf aan dood materiaal wat daar ligt of staat te pronken. De Nederlander is dus vooral ijdel. Dat wist ik natuurlijk van mijzelf al...
Een andere vorm van etalagekijken is vooral bij mannen opvallend. Men ziet ze haastig voelen of de gulp wel dicht zit. Ook staan ze even stil om eens flink in de neus te peuteren. Mannen zijn niet zo geïnteresseerd in wat er binnen te zien is. Toch is een groot deel van de voyeurs van oudere leeftijd. De verstokte rokers met de etalagebenen. Voor hen is het een uitkomst om een pauze te nemen maar staan vaak met de rug naar het raam toe in een houding die aangeeft: ik wacht hier op mijn vrouw die binnen is. Zij is wel ten prooi gevallen aan de verleidingen. Ik niet, denkt wellicht de oude baas.
Eens komt dan de tijd dat de einde van de opleiding in zicht is. Gebruikelijk is dat men een werkstuk in elkaar flanst. Het zoeken naar een thema is niet eenvoudig. Het moet een bijdrage zijn aan de etalurgie. Na veel vijven en zessen werd mij als provinicaaltje toegestaan het etalagewezen in Amsterdam te gaan onderzoeken op couleur locale en ambiance. Ja, die termen waren toendertijd in de mode. Op mijn verkenningstocht met rolmaat en kladblok in de hand door Amsterdam kwam ik door bepaalde straten waar het een enorme drukte was. Naast Nederlanders (al dan niet met dialect) trof ik daar opvallend veel buitenlanders aan (Belgen en Zeeuwen). Straten vol met grote ramen en in de etalage echter weinig assortiment(dit is een vakterm). En ook de kleur van de verlichting was zeer eenzijdig: een wat getemperd rose. Opvallend was dat voor sommige ramen de gordijnen dicht waren en dat het geen invloed had op de drukte in de straten. Een ideale plek om een werkstuk te maken.
Allereerst maakte ik een studie van de getoonde objecten. Wel ik kan zeggen buitengewoon. Hier stonden dames geëtaleerd. Levende koopwaar. Ongelooflijk. En vriendelijk dat ze waren... Heel uitnodigende gebaren. Ik kon mijn ogen niet geloven. Na wat studie van verschillende etalages zag ik toch wel een verschil tussen de dames. De maten van de dames liepen sterk uiteen. Ook de huidskleur was niet overal gelijk. Maar gemeen hadden ze wel iets: overal stonden de kachels te hoog zodat de dames schaars gekleed gingen. Ik zou dit later aan de ARBO-dienst melden, dacht ik.
Ik moet erkennen dat mijn interesse voor de uitstallingen toenam naarmate ik wat dieper inging op de materie. Ik begreep al snel dat ik geen rolmaat nodig zou hebben. Hier is sprake van inschatting op een wat lager gelegen niveau.
Omdat wij op school ook de interviewtechniek hadden geleerd sprak ik een aardige dame aan. Ze klopte zelf op het raam, dus het kostte geen moeite om iemand te vinden.Tot mijn stomme verbazing vroeg ze hoe ik het wilde hebben. Nou gewoon een interview over deze bijzondere etalagetechniek, antwoordde ik opgewekt. Op zijn grieks vroeg ze? Dat kost jou 100 euro. Mevrouw, antwoordde ik, ik spreek geen Grieks en mijn zakgeld is niet toereikend. Naar buiten jij, schreeuwde ze en duwde mij de deur weer uit. Tot op heden is het mij niet duidelijk geworden waarom men zo met belangstellenden omgaat en dat het toch zo druk blijft in deze straten. Mijn werkstuk werd uiteindelijk afgekeurd. Ik had er wat foto's in opgenomen. Zowel van de etalages als bekende voorbijgangers.
In de Zak van Zuid-Beveland, een gebied ten zuiden van Goes wordt door de stichting "De Kerststal voor alle Gelovigen" op de tweede zondag van januari (de feestdag van Franciscus de Afwezige) iedereen uitgenodigd samen te komen in een prachtige boerenschuur. Het was een komen en gaan van beminde gelovigen. Op afstand konden we al waarnemen dat er veel katholieken op de kribbe waren afgestoven. Het autoblik schitterde ons al van verre toe in het Zeeuwse zonnetje. Maar daar aangekomen was het een drukte van jewelste. Andere gelovigen waren te voet gekomen. Bij hen heerst nog het verbod op mechanisch vervoer op de zondag.
Nu moet ik zeggen dat er wel erg veel rekening is gehouden met niet-katholieken. Jozef en Maria waren in geen velden of wegen te bekennen. Het kindje Jezus was vervangen door een ongekend aantal lammetjes. Zodoende bleef er een schuur vol schapen over.
Daartegenover stond wel dat er aan de innerlijke mens goed was gedacht. Koffie, thee met cake en zelfs de erwtensoep ontbrak niet. Ook kon men proeven van de schapenkaas. Maar dat waren zulke kleine blokjes dat er tandenstokers bijgeleverd werden. In colonne liepen we langs de stal met schapen. Hier en daar stonden vrijwillige herders klaar om toelichting te geven. Allemaal toch wel van het zogenaamde geitenwollensokken-type.
Een deskundige die mee liep in de stoet vertelde mij dat de schapen zeer egoïstisch van aard zijn. Bij het voederen dachten de volwassen dieren eerst aan zichzelf en later pas aan hun kroost. U begrijpt al, hier hebben we te maken met een soort dat niet veel onder doet voor de mens. Ikzelf bleef lang staan voor een lammetje met een poot in het gips..Ja dacht ik, niets menselijks vreemd.
Veel mensen konden de stank niet aan van deze schapen. Zij onderbraken hun rondleiding vooraleer zij alles gezien hadden. Zodoende misten zij wel erg veel educatief materiaal dat ter bezichtiging was uitgestald. De tas van de herder, de schoenen van de herder, de stok van de herder, de fluit van de herder maar ook een roodgekleurde deksteen voor de rammen. Deze steen hing wel enigszins terzijde maar ontging toch niet aan het oog van langgejurkte gelovigen. Een enkeling maakte heimelijk een foto daarvan. Bij de uitgang stond er een collectebus..U snapt wel dat wij daar met een boog omheen liepen. Ja , je aard verloochen je niet.
Na afloop van de rondgang was in een nabij gelegen kapel een mogelijkheid tot ontmoeting. Ook hier natuurlijk alles neutraal ingericht. Wel moesten we een trap op alsof we gezamenlijk de hemel introkken. Maar zoals u weet is dat niet mogelijk. In de hemel is de integratie nog in een beginstadium. Men wacht daar nog op enige deskundigen op ministerieel niveau uit de Nederlanden. Enfin, boven in de kapel aangekomen waren er maar liefst drie altaren. Een voor koffie en thee enz. (niet gratis). Maar ook was er een altaar waar men lokale miswijnen kon kopen. Deze laatste werd door alle soorten van gelovigen zeer druk bezocht.
Op weg naar huis deelden we onze ervaringen. Maar we hadden ook oog voor het landschap. Meerdere malen werd er geroepen: "In de zomer, ja, dan is het pas mooi hier. Alsof een landschap in winterse rust geen schoonheid kent."
In familieverband werd bij een schoonzus erwtensoep opgediend. Ieder stoof daar op af. Men mocht na een eerste bord zelf verder opscheppen. Het gaf een zeer voldaan gevoel. Maar daar bleef het niet bij. Ook een stapel pannenkoeken werd aangerukt en ieder was blij verrast dat het nog niet afgelopen was met de maaltijd. Enige lieden konden zich niet beheersen. Al snel bleek dat niet de pannenkoek in trek was maar de siroop. Ik moet eerlijk bekennen dat ook ik ongeremd raak bij zo'n overvloed. Mijn buurvrouw was weliswaar met de mond bescheiden maar ook daar bleek de maag groter dan het redelijk verstand.
Ook nu bleek weer dat we veel gemeen hebben met schapen. Diepgang was er in de gesprekken niet te bespeuren. Er werd wat afgeblèrd. Eerlijkheidshalve dient vemeld te worden dat vooraf Glühwein uit Goes (Aldi) was ingeschonken. Het ging er dus niet om of men elkaar begreep. Neen, de gezelligheid stond voorop.....en die was er.
Vandaag heb ik de grote eer een edel mens te ontmoeten. Alhoewel klein van stuk, straalt hij, ja het is een hij, iets uit dat slechts weinig mensen is gegeven nl. wijsheid met de grote W.
Na jaren van proberen om een vraaggesprek te hebben met deze persoonlijkheid is het uiteindelijk , door bemiddeling van de majesteit, gelukt hem hier nu te treffen in het atrium, de binnenplaats van zijn sober optrekje.
Ik stel u voor de wereld-vermaarde wijsgeer, Rhami Geslotie uit India.
Julius: Met welke titel behoor ik u aan te spreken?
Rhamie: Zeg maar Slotie, ik hou van eenvoud
Julius: Ik val maar direct met de deur in huis, hoe bent u zover gekomen zoals u nu bent.?
Rhamie: Ik heb mijn bril afgezet en ben gaan denken. Ik ben gestopt met denken en ging voor me uit zitten turen Toen ging het licht schijnen. Ik zag ineens alles wat ik niet nodig had en liet toen een kringloop-winkel mijn spullen ophalen. Ja, ik hecht aan de kringloop-filosofie en als ik het later mis, komt het wel weer terug. Sindsdien wordt er voor mij gezorgd door mijn talloze leerlingen. Je ziet ze daar mij allemaal mij smachtend aankijken, mooi he?
Julius: Geachte Slotie, de vraag waar nagenoeg de hele mensheid mee worstelt is de vraag: wat is de zin van het leven. Men komt daar niet uit en men moet men alles geloven wat de religies ons vertellen? Mag ik uw mening daarover hebben ?
Rhamie: Beste Julius, die vraag had ik niet verwacht van jou,
Julius: Ja, neemt u mij niet kwalijk, ik zit hier niet voor mijzelf maar voor onze grote groep onwetende lezers.
Rhamie: Juist, dan zal ik maar van start gaan. En daar heb ik direct de koe bij de horens gevat , men gaat van start Men steekt de sleutel in het stopcontact en de auto start (meestal) Dus zodra we geboren zijn gaan we van start, hangen wat jaren aan moeders rokken, leren daarna alles dat we niet nodig hebben. Leren het vervolgens weer af om toch nog iets aan ons leven te hebben en dan komt ineens de prangende vraag:
-Wat is de zin van het leven.-
Nu kan men verschillend met het woord "zin" omgaan........
A) ik heb zin in een appel B) een zin met woorden C) ik heb er geen zin in D) het woord "zijn" wordt soms in dialect als "zin" uitgesproken.
Je ziet dat er met het woordje "zin" nog al wat mogelijkheden zijn.
Het gaat er dus niet om de vraag: wat is de zin van het leven. De vraag is voor welke betekenis van het woord "zin" kiest men De Hedonisten kozen voor de zin: ik heb trek in een appel, genieten dus....net als de Brabanders dus en een enkele Zeeuw
Jouw vrouwelijke lezers zullen zich al gauw kunnen vinden in het gezegde: ik heb er geen zin in.....
Er zijn mensen die beweren dat er geen zin bestaat in het leven. Wel dat is natuurlijk oliedom. Vraag aan een bosneger: wat is de zin van het leven : hij zal onmiddellijk antwoorden: dobbelen . Hij doet daar niet moeilijk over.
Het probleem is dus in feite begonnen met het denken over het een en ander. Dat heeft weinig zin. Kijk naar de kosten van jullie nieuwe Betuwespoorlijn. er is geen deskundige die zich daar niet mee bemoeid heeft en wat blijkt, de lijn wordt twee keer zo duur als gepland.
Nee, de zin van het leven, zoals ik die zie en ervaar is vrij simpel: ik schrijf die zin (in de vorm van een vers) zelf en die luidt:
wacht niet tot een ander die voor jou de zin bepaalt schrijf hem zelf en hou je daar aan vast en mocht u er toch mee tobben ga naar een dichter die schrijft een zin en uw leven wordt minder belast immers hij kan u vertellen in EEN zin gevat dat de zin van het leven in uw droom is samengevat
Julius: Ik ben hier stil van geworden meester Slotie.......sprakeloos,,,,,,,,,,,U lost hier voor velen iets op dat niemand voor u heeft aangegeven........ik dank u hartelijk voor dit gesprek.
Rhamie: Ja, mijn droom is veel geld verdienen, zie ook mijn bijdrage aan de Betuwelijn, Ik stuur je nog de rekening voor deze audiëntie..
Zoals u wel door zult hebben denk ik zeer diep over de dingen na. Dit gaat zelfs zover dat ik echt aan handelen niet meer toekom. Het verbaast mijzelf dan ook, dat ik hier en nu nog tijd heb om dit met u te de delen,
Het is dus een tijdrovend en vermoeiend proces en daar gaan we al de mist in. Het is een proces en u weet, op allerlei gebieden kunnen processen lang duren. Rechtbank, ziektes enz enz. Soms lopen procedures uit in processen en dan wordt het echt een litanie van alle heiligen.
Zo buig ik mij heden over de tegenhanger van de stichting VIDO(vrouwen in de overgang) namelijk de stichting MIDA(mannen in de achteruitgang).
Ik behoor tot die mannen die beseffen dat slechts de achteruitgang het toekomstig proces is. Ja ik kom er eerlijk voor uit, ik ga achter uit.
Met een aantal gelijkgestemden komen wij om de maand te samen in ons(nog niet gesubsidieerde)verenigingsgebouw.
We bespreken onze gevoelens. Althans dat proberen wij, we weten er geen raad mee, want wat zijn gevoelens?
Onze gespreksleider Karel legt uit dat een teleurstelling na een verlies van Ajax een gevoel is.. Gretig springen de meeste mannen nu in de nabeschouwing van de laatste wedstrijd van Ajax. We praten over tactiek en de gemiste kansen. We hadden een aanknopingspunt gevonden en de emoties lopen erg op. Karel raakt de grip kwijt. Hij is Feyenoordfan en kan niet meer neutraal het gesprek leiden. Alle achterstallige en ingehouden agressie vliegt over tafel. De conciërge moet ons allen uit elkaar halen.
Toen de rust was teruggekeerd stelde Karel voor om de beleving, het ervaren van de achteruitgang maar eens in de praktijk te brengen en zou voor de volgende keer een touringcar huren.
Aldus geschiedde. Wij allen werden verzocht zodanig plaats te nemen dat we tegen de rijrichting in zouden gaan zitten, Zo konden we a) de achteruitgang echt voelen en b) als we naar buiten keken lieten we alles achter ons.
Dit maakte diepe indruk. Immers de mooie vrouwen kwamen niet meer op ons af maar we konden slechts de ruggen waarnemen van fietsters en wandelaarsters. Het werd stil in de bus... Zelfs Karel, een doorgewinterde 50 plusser, wist er geen raad mee.
Tijdens de lunch konden wij het broodje kroket niet wegkrijgen.
De buschauffeur was niet te beroerd om even langs de roze lampjes te rijden om te zien of de stemming er weer in kon komen. Het mocht niet baten, we waren afgeknapt.
In stilte gingen we allen naar huis en schoven stilletjes aan tafel bij moeder de vrouw voor het avond eten.
Kop op Piet, "je laat het er toch niet bij "hangen', ik kan nog jaren van je houden ", zei mijn vrouw.
Ja makkelijk praten dacht ik, zij gaat over en wij gaan achteruit